Makita 2012NB Instruction Manual - Page 12

Browse online or download pdf Instruction Manual for Power Tool Makita 2012NB. Makita 2012NB 17 pages. Thicknesser
Also for Makita 2012NB: Instruction Manual (13 pages), Instruction Manual (14 pages), Instruction Manual (13 pages), Instruction Manual (20 pages)

Makita 2012NB Instruction Manual
9.
Verwijder de spanen niet uit de spaangoot terwijl
de motor draait. Verwijder de spanen pas nadat
de beitels volledig tot stilstand zijn gekomen.
Gebruik altijd een stokje e.d. om de spanen uit
de goot te verwijderen.
10. Laat het gereedschap niet achter terwijl het nog
draait.
11. Misbruik de stroomkabel niet. Trek aan de stek-
ker, en niet aan de kabel zelf, om hem uit het
stopcontact te halen. Houd de kabel uit de buurt
van hitte, olie, water, en scherpe randen.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
INSTALLEREN
Verplaatsen en transporteren van de
vandiktebank (Fig. 1)
LET OP:
• Let goed op uw stappen wanneer u het gereedschap
verplaatst.
Vouw de hulpbladen op. Pak de draaghandvatten vast
om het gereedschap te verplaatsen.
Wanneer u het gereedschap met een voertuig transpor-
teert, zet het dan goed vast met een touw of iets derge-
lijks om te voorkomen dat het omkantelt of verschuift.
De vandiktebank installeren (Fig. 2)
Installeer het gereedschap in een goed verlichte plaats
met een effen vloer waar u goede steun voor de voeten
hebt en goed uw evenwicht kunt behouden. Gebruik de
boutgaten in de voet van het gereedschap om het
gereedschap door middel van bouten/schroeven te
bevestigen op een werkbank of op de speciale standaard
(los verkrijgbaar accessoire).

BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES

LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de
functies af te stellen of te controleren.
Werking van de aan/uit schakelaar (Fig. 3)
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
voordat u de stekker in het stopcontact steekt. Het con-
trolelampje brandt wanneer het gereedschap op de
stroombron is aangesloten.
Druk op de ON (I) knop om het gereedschap te starten.
Druk op de OFF (O) knop om het gereedschap te stop-
pen.
Dimenionsele afstelling (Fig. 4)
Breng het hoofdfreem omlaag door de slinger naar links
te draaien totdat de indicatieplaat wijst naar de schaal-
verdeling die overeenkomt met de gewenste afwerkings-
maat. Bij één volle omwenteling van de slinger gaat het
hoofdfreem 2 mm omhoog of omlaag. De schaal heeft
inch-verdelingen op de rechterzijde en metrieke verdelin-
gen op de linkerzijde.
Instelling van de schaafdiepte
De maximale schaafdiepte hangt af van de breedte van
het werkstuk. Raadpleeg de tabel. Als u dieper wilt scha-
ven dan de dieptes in de tabel, stel dan in op een klei-
nere diepte en voer het werk in twee of meer
schaafbeurten uit.
Breedte van het te
schaven werkstuk
Minder dan 150 mm
150 mm – 240 mm
240 mm – 304 mm
Stel de schaafdiepte als volgt in.
Plaats het werkstuk plat op het blad. Breng het hoofd-
freem omlaag door de slinger naar links te draaien. De
dieptemaat zal omhooggaan en de schaafdiepte komt
overeen met de afstand waarover de dieptemaat
omhooggaat. (Fig. 5)
LET OP:
• Breng het hoofdfreem altijd omlaag wanneer u de indi-
catieplaat wilt uitlijnen met de schaalverdeling voor de
gewenste afwerkingsmaat. Als u het hoofdfreem tot bij
de gewenste afmeting omhoog brengt, kan er extra
speling komen in de schroef. Dit kan leiden tot een
ongewenste afwerkingsmaat.
• Plaats het werkstuk altijd plat op het blad wanneer u de
schaafdiepte vooraf instelt. Als u dit niet nauwkeurig
doet, kan de werkelijke schaafdiepte verschillen van de
vooraf ingestelde schaafdiepte.
Diepte-bijstelmaat (Fig. 6)
Gebruik de diepte-bijstelmaat wanneer u de schaafdiepte
nauwkeuriger wilt instellen. Ga hierbij als volgt te werk.
Schaaf eerst het werkstuk met de vooraf ingestelde
schaafdiepte. Meet daarna de dikte van het geschaafde
werkstuk om te bepalen hoeveel materiaal u nog dient af
te schaven.
Draai de diepte-bijstelmaat op de slinger totdat de 0
schaalverdeling op één lijn staat met de groef op het
gereedschap.
Draai vervolgens de slinger naar links totdat de schaal-
verdeling voor de gewenste schaafdiepte op één lijn
staat met de groef op het gereedschap.
Als u dieper dient te schaven dan de dieptes in de tabel
in de paragraaf "Instelling van de schaafdiepte", stel dan
in op een kleinere diepte en voer het werk in twee of
meer schaafbeurten uit.
Stopper (Fig. 7)
Gebruik de stopper wanneer u verschillende werkstuk-
ken tot dezelfde dikte wilt schaven. Ga hierbij als volgt te
werk.
Draai de slinger totdat de indicatieplaat wijst naar de
schaalverdeling van de gewenste afwerkingsmaat.
Druk de stopknop in en breng de stopper omlaag totdat
deze het blad net raakt.
Voor fijnafstelling van de stopper dient u de stopper-
afstelknop te draaien.
LET OP:
• Zet de stopper altijd in de hoogste positie wanneer u
hem niet gebruikt. Forceer nooit de slinger wanneer de
stopper het blad raakt. Dit kan namelijk leiden tot
beschadiging van het gereedschap.
Maximale schaafdiepte
3,0 mm
1,5 mm
1,0 mm
27